HISTORY: Het Soester natuur zwembad gelegen in Soestduinen; nu het Hilton hotel (1933-1990); een gemeentelijke dwaling? Wie was er verantwoordelijk voor de grondverkoop omdat het burgerzwembad niet kostendekkend zou zijn?; de wethouder? ( Drs. Marianne Burgman, VVD 1990-1995)… De aardgasprijs om het water op temperatuur te houden was toen nog laag, en het schone water kon goedkoop verkregen worden via de naastgelegen 2 duin-waterleiding bedrijven.

Het Soester Natuurbad was tussen 1933 en 1990 een openluchtzwembad in de bossen ten zuiden van Soestduinen, aan de Van Weerden Poelmanweg in de gemeente Soest.

HET VERBOUWDE ZWEMBAD MET TOEN UNIEK VERWARMD ZWEMWATER EN WATER FILTER SYSTEEM

In 1933 werd het zwembad aangelegd in het kader van de werkverschaffing. Het bad had een oppervlakte van 11.000 m² en bevatte 20.000 m³ water; de oppervlakte van het terrein bedroeg bijna negen hectare. Op 17 juni 1933 werd het Soester Natuurbad officieel geopend waarbij onder meer de commissaris van de Koningin in Utrecht H. Th. s’Jacob en burgemeester G. Deketh aanwezig waren. Om de goede zeden te bewaren konden dames en heren gescheiden zwemmen; gemengd baden was alleen toegestaan op bepaalde tijden.

HUIDIGE SITUATIE

Na het herstel van schade en verwaarlozing die tijdens de Tweede Wereldoorlog waren opgetreden, heropende het Soester Natuurbad in 1946. Pas in 1951 was het herstel volledig voltooid. Het zwembad werd een populaire bestemming voor inwoners van Soest en de regio. Op 17 september 1951 werd de Soester Zwemvereniging De Duinkikkers opgericht in het zwembad. In 1961 kwam een grondige vernieuwing tot stand, de goten rondom de bassins verdwenen, er kwam een moderne duiktoren van vijf meter hoogte en een nieuw wedstrijdbad dat aan alle eisen van die tijd voldeed. Tot de vernieuwing had het zwembad natuurlijke vormen en zag het er vanuit de lucht uit als een meertje.

Het zwembad bleek voor de gemeente niet kostendekkend te exploiteren en in 1990 sloot het zijn poorten. Op het terrein staat nu het Hilton Royal Park hotel. In een deal waarin ook het terrein van het voormalige ziekenhuis Zonnegloren werd teruggegeven aan de natuur, mocht een projectontwikkelaar nog enkele appartementengebouwen realiseren op het terrein van het voormalige natuurbad.

In 1990 gingen de poorten voor goed dicht.

De uiterst lage verkoopprijs wekte veel ergernis op – juist omdat de Gemeente Soest in die tijd zo goed als failliet was. Daarna werd hier Hotel Holiday Inn gebouwd, dat later Hilton Hotel werd. Achter dit complex zijn enige moderne flats gebouwd en tevens een golfbaan. De gemeente deed dit zwembad ( wat met zweet door de werklozen met de hand gegraven was ) voor een habbekrats over aan een projectontwikkelaar, die er het Hilton hotel op bouwde. Idee van de gemeente er was toch immers een alternatief; nu alternatief een klein (25m.) overdekt zwembad, waar de mensen zich uit de provincie maar in moesten proppen.

OUDE SITUATIE (1990)

De wet op de openbaarheid bestuur (W.O.B) was er nog niet, de wethouder ( Drs. Marianne Burgman, wethouder (VVD) vanaf 1990 tot 12 september 1995.) mocht een dwaling maken en ging er met een vet pensioen tussenuit.

HUIDIGE SITUATIE NU FLINK BETALEN OM TE MOGEN ZWEMMEN NIET VOOR DE BEVOLKING VAN SOEST VRIJ TOEGANKELIJK

SOESTER NATUURBAD

Wat er aan vooraf ging

Wegens voortdurende klachten van de buren in de omgeving, werd eind 1928 besloten om het gemeentelijke woonwagenkamp achter De Birkt, aan de Hofslottersteeg (dat daar sinds 1924 was) te verplaatsen. Eerst was er sprake van het te vestigen bij de buurtschap Koudhoorn, niet ver van de spoorlijn Utrecht-Baarn. De bewoners daar en grondeigenaar Insinger hadden daar sterke bezwaren tegen. Insinger dreigde zelfs zijn bos voor publiek af te sluiten. Als gevolg daarvan werd het nieuwe alternatief het terrein even ten westen van het pompstation van de Utrechtsche Waterleiding aan de toenmalige Banningstraat. Daar kwamen ook heel veel protesten tegen, onder meer van de VVV Soesterbergsch Bloei. Men achtte dat het vooral zeer nadelig zou uitpakken voor het vakantiekamp Zomers Buiten aan de De Beaufortlaan, voor Sanatorium Zonnegloren en mogelijk zelfs voor de Willem Arntzhoeve in Den Dolder. Maar de verhuizing naar Soestduinen ging door. Reeds in het voorjaar van 1929 waren gemeentewerkers bezig om het terrein in orde te maken. De kosten waren f 1400,-.

Van woonwagenkamp naar zwembad

Er waren al meerdere jaren plannen voor de aanleg van een zwembad in Soest. In die tijd kon in deze gemeente alleen worden gebaad en gezwommen in de Eem en daarbij waren meer dan eens mensen verdronken. Het water daar was ook niet bepaald schoon. Een gezamenlijk bad met de Gemeente Baarn in de buurt van de Eem bleek niet haalbaar. Er werd ook gedebatteerd over de aanleg van een bad nabij de Heideweg.

Niet lang na de verplaatsing van het woonwagenkamp naar de Banningstraat ontstonden de eerste plannen voor de aanleg van een groot natuurbad daar ter plekke.

Om de aanleg van een natuurbad aldaar op gemeentelijke grond mogelijk te maken, moest het woonwagenpark opnieuw worden verplaatst. Er gingen stemmen op om dit aan te leggen op het hoogste punt van ‘De Bult’. Daartegen werd wederom een sterk protest ingediend door de VVV Soesterbergsch Bloei.

Voorvechters van het natuurbad waren vooral ir. C. Sevenhuysen van de Utrechtsche Waterleiding Maatschappij (noot 1) en slager Jaap Nooder die zich in 1922 in Soesterberg had gevestigd. Hij werd hier spoedig voorzitter van de VVV Soesterbergsch Bloei en ook lid van de gemeenteraad. Daarnaast was hij van 1927 tot 1932 commandant van de Vrijwillige Brandweer (noot 2). Sevenhuysen zag in een groot bad direct naast het pompstation een prachtige mogelijkheid om het nodeloos wegvloeiende koelwater te benutten.

In de pers werd heel veel geschreven over de voor- en nadelen van een natuurbad. Dit ging naast de hoge aanlegkosten vooral over wel of niet geopend zijn op zondagen en wel of geen gemengd zwemmen. 

F. Letschert in De Eembode van 16 augustus 1932: <Gemengd zwemmen zal wel moeten worden geaccepteerd, maar mijn eis is dat behoorlijk afgescheiden kleedgelegenheden komen voor dames en heeren>. 

In september 1932 was in de etalage van bloemenmagazijn Corona op Rademakerstraat 1 in Soesterberg een maquette van het toekomstige natuurbad te zien.

De Soester publiceerde op 3 september 1932 een ingezonden stuk van de heer X die zelf dikwijls in de Eem zwom. Niet alleen vond hij dat daar voldoende gelegenheid tot baden bestond, hij zag ook andere grote bezwaren in de aanleg van een groot bassin in de natuur met veel ‘strand’ er omheen: <Van heinde en verre zullen vrouwen en mannen komen om zich niet alleen te laten koesteren door de zon, maar ook door den aanblik van hetgeen beter bedekt bleef. Want zal het zonnebad goed effect sorteeren, dan mag door het badpak de zon niet verhinderd worden het lichaam te bestralen, zodat alleen het zodat alleen het allernoodzakelijkste wordt bedekt. Wie onze badplaatsen bezoekt, kan er zich van

Wie onze badplaatsen bezoekt, kan er zich van overtuigen, dat de eerbaarheid zoek raakt en dat onze tijd zich kenmerkt door eene verwildering van zeden, welke vooral voor de jonge menschen, het ergste doet vrezen.> Deze anonieme heer X protesteerde meerdere keren in de media. Reacties op zijn uiterst conservatieve mening bleven niet uit. In De Soester van 21 september 1932 kwam P.W. Duin jr. met een repliek. Nadat hij de heer X had aangeklaagd om ingezonden stukken te schrijven zonder zijn naam er onder te plaatsen, schreef hij onder meer: <…heusch, wij leven in de 20ste eeuw. En nog iets, bent U wel eens aan de Eem geweest, waar ondanks het meer dan onzuivere water wordt gezwommen, en dat nog wel terwijl men zich in, bloos niet, de open lucht moet verkleeden, en dat nog wel zonder eenig toezicht, hoe is het zodat alleen het allernoodzakelijkste wordt bedekt. Wie onze badplaatsen bezoekt, kan er zich van

overtuigen, dat de eerbaarheid zoek raakt en dat onze tijd zich kenmerkt door eene verwildering van zeden, welke vooral voor de jonge menschen, het ergste doet vrezen.> Deze anonieme heer X protesteerde meerdere keren in de media. Reacties op zijn uiterst conservatieve mening bleven niet uit. In De Soester van 21 september 1932 kwam P.W. Duin jr. met een repliek. Nadat hij de heer X had aangeklaagd om ingezonden stukken te schrijven zonder zijn naam er onder te plaatsen, schreef hij onder meer: <…heusch, wij leven in de 20ste eeuw. En nog iets, bent U wel eens aan de Eem geweest, waar ondanks het meer dan onzuivere water wordt gezwommen, en dat nog wel terwijl men zich in, bloos niet, de open lucht moet verkleeden, en dat nog wel zonder eenig toezicht, hoe is het mogelijk, en nog staat Soest overeind.

In de notulen van 10 november 1932 werd genoteerd dat nogmaals een discussie over wel of niet gemengd zwemmen was gevoerd. Amersfoortsch Dagblad 12 november 1932 over deze vergadering van 10 november: Rijkssubsidie bij de werkverschaffing aanvaard. Reglement en objecten vastgesteld. Gemeenteraadslid Jaap Nooder was tegen de subsidie. Hij werd daarvoor sterk bekritiseerd.

Amersfoortsch Dagblad van 14 december 1932. De heer Zwart (R.K.) meent dat het bad ‘s zondags tot 12 uur gesloten moet zijn, gemengd zwemmen alleen toegestaan op werkdagen tot ‘s morgens 12 uur en dat geen gelegenheid wordt gegeven tot zonnebad. Ruitenberg (V.D.) Dit zwembad is veel te groot, niet doelmatig en gevaarlijk. Op 15 december 1932

chreef deze krant dat in november de definitieve beslissing tot de aanleg van een natuurbad aan de Banningstraat was genomen. Totale oppervlakte ruim 8,5 H.A. Kosten f 70.000.  

In juni 1933 werd nog gedebatteerd over de verplaatsing van het woonwagenkamp naar het hoogste punt van het Hoogt, links van de Banningstraat, gezien vanuit Soest, maar ook was er iemand die het kamp liever rechts van de straat wilde hebben. De kosten van deze verhuizing werden beraamd op f 150,-. Het is niet duidelijk of deze plannen doorgingen. Nooder bleef aandringen op terugplaatsing naar de oorspronkelijke plek aan de Hofslottersteeg (noot 3).

Het Soester Natuurbad komt er

In december 1932 werd begonnen met de aanleg (het uitgraven) van de ‘zwemplas’ en tevens met de ‘ververschingsvijver’. De werkzaamheden vonden plaats o.l.v. de Nederlandsche Heidemaatschappij. Alles werd met mankracht en met ‘de hand’ (spaden) gedaan. Een enorm karwei gezien het feit dat 20.000 m3 zand moest worden uitgegraven en veel hiervan moest worden weggevoerd. De rest werd rond het bassin verspreid en daarmee werd een terrein van prachtig ‘duinzand’ gecreëerd. Daarin werden groepsgewijs veel struiken geplant, waaronder planten van de soorten jeneverbes, duinroosje, duindoorn, gaspeldoorn en diverse soorten dennen. Langs de oprijlaan werden sierbomen en sierheesters gepoot. Het was voor het grootste deel een werkverschaffingsproject. Het natuurbad was een ontwerp van de firma Storck.

Het bad werd geopend op zaterdagmiddag 17 juni 1933 om 3 uur en werd beschreven als het grootste, en mogelijk het mooiste natuurbad van Nederland. Vóór het restaurant dat werd betiteld als ‘theehuis’ was een erewacht opgesteld van leden van de brandweerkorpsen uit Soest en Soesterberg. Het was die dag helaas juist slechter weer dan de dagen ervoor en erna.

Er was een groot aantal notabelen aanwezig, onder wie de commissaris van de koningin in de provincie Utrecht dr. H.Th. ‘s Jacob, de burgemeesters van Amersfoort en De Bilt, directeur Sevenhuysen van de Utrechtsche Waterleiding, hoofdinspecteur van de Volksgezondheid dr. Fouw en de directeur van Zonnegloren jhr. Roëll. Burgemeester Deketh van de Gemeente Soest lag in het ziekenhuis. Hij werd vertegenwoordigd door onder anderen loco-burgemeester J.S. van Duren en de wethouders K. Lodeesen, Peter van den Bremer en J.G.A. Batenburg.

Van Duren hield een toespraak die aan duidelijkheid met betrekking tot de zo veel besproken kans op onzedelijkheid niets te wensen verliet (De Soester van 21 juni): <Als jongens en meisjes op gevaarlijke leeftijd bij elkander komen in een inrichting als deze, is daarbij steeds gevaar en bestaat altijd de mogelijkheid dat niet gewenschte gevoelens worden opgewekt en tot zeer ongewenschte complicaties aanleiding geven. Het gemeentebestuur beseft in dit opzicht zijn zware verantwoordelijkheid en het is daarom, dat het gemengd baden tenslotte wel is toegestaan, omdat dat is, een zuivere sportuiting. Daar echter, waar de sport ophoudt en de ontspanning begint, dus bij het nemen van de zonnebaden, wordt de scheiding der beide seksen doorgevoerd. Op de strandgedeelten mag men niet anders verschijnen, wat betreft ‘t gedeelte bestemd voor de andere sekse, dan behoorlijk gekleed.>  

Nadat ook Jaap Nooder het woord had gevoerd, werd het bad voor geopend verklaard. De Amersfoortse muziekvereniging speelde o.m. ‘Wien Neerlands bloed…’ De Nederlandsche Zwembond zorgde voor zwemdemonstraties. Daarbij traden enige zwemsters uit Denemarken op. Het aangekondigde defilé van Soester sportverenigingen ging wegens het slechte weer niet door. Vooral in de ochtend vielen er zware buien, maar van 2 uur tot half 6 was het vrijwel droog en brak de zon zelfs even door. In totaal viel er op deze natste dag van juni 16,3 mm regen.