WO II : ( uit de Volkskrant van vandaag) De Vlaamse streng katholieke mijnwerkersdochter wilde mensenlevens redden naar het voorbeeld van Jezus Christus.

Een inspirerend verhaal over een VLAAMSE verzetsheldin Hubertina,die Joodse kinderen hielp met onderduiken,rantsoenzegels rond bracht,hielp een vrouw te ontsnappen, die was gearresteerd op verdenking van spionage voor den vijand de Engelsen. Tot ze werd verraden en gedeporteerd werd naar het Duitse vrouwenkamp Ravensbrück. Als Hubertina A. uit Ravensbrück terugkeert in Vlaanderen weegt zij 32 kilo, ze heeft tubercolose,vlektyfus en een tandvleesontsteking,welk al haar tanden kost.De toenmalige artsen geven haar nog 3 maanden, maar zij bleek nog genoeg geest te hebben om nog jaren de strijd tegen het onrecht voort te zetten.

Hubertina Aretz


Ravensbrück was ten tijde van de Tweede Wereldoorlog een concentratiekamp voor vrouwen, in de buurt van Fürstenberg/Havel, vijfentachtig kilometer ten noorden van Berlijn. Op de officiële Duitse lijst van concentratiekampen heeft Ravensbrück nummer 1202.

Inleiding

Vrouwen en Ravensbrück zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden, maar Ravensbrück was méér dan alleen een vrouwenconcentratiekamp. Het werd in de loop der jaren uitgebreid tot een complex bestaande uit het vrouwenkamp, een mannenkamp, het Jugendschutzlager Uckermark en 42 Außenlager (buitenkampen). Het was het eerste concentratiekamp waar zowel vrouwen als mannen gevangen werden gehouden. Vanaf de opening op 15 mei 1939 tot de bevrijding op 30 april 1945 werden in totaal, afkomstig uit meer dan veertig landen, zo’n 132.000 vrouwen en kinderen, 20.000 mannen en 1.100 Jugendschutzlager-meisjes geregistreerd. Ongeveer 28.000 mensen zijn in die periode op de verschillende locaties omgekomen. Naar schatting was twintig procent van de alle gevangen vrouwen Joods, ongeveer 26.000.

De bouw van het concentratie kamp.

In Moringen (vlakbij Göttingen) hadden de nazi’s in april 1933 het vroegere provinciale armenhuis als concentratiekamp voor ongeveer 330 mannen ingericht. Al na een paar maanden, in oktober 1933, werden de mannen overgeplaatst naar andere concentratiekampen en werden de eerste vrouwen en meisjes naar dit kamp gebracht. In totaal zaten hier tot de sluiting in maart 1938 zo’n 1.400 vrouwen gevangen.

Na enkele jaren bleek dat Moringen niet groot genoeg was om het toenemend aantal vrouwelijke gevangenen op te nemen. Slot Lichtenburg, bij Prettin aan de Elbe (in de buurt van Leipzig) werd in december 1937 aangewezen als het nieuwe centrale vrouwenconcentratiekamp voor het hele rijksgebied. Op 15 december 1937 werden vanuit Moringen 500 gevangenen overgeplaatst naar het grotere slot Lichtenburg. Maar ook Lichtenburg kon als gevolg van het snelle stijgen van het aantal gevangenen de toestroom niet meer aan. Daarom werd besloten om een nieuw vrouwenkamp in te richten dat de met het oog op de oorlog te verwachten massale instroom van duizenden vrouwen kon opnemen. Het kamp Lichtenburg werd in mei 1939 gesloten.

In het najaar van 1938 besloot Reichsführer SS Heinrich Himmler in het dorp Ravensbrück een concentratiekamp voor vrouwen op te richten. Ravensbrück ligt aan de Schwedtsee, vlakbij Fürstenberg aan de Havel, ongeveer 90 kilometer ten noorden van Berlijn, in de heuvelachtige en beboste huidige deelstaat Brandenburg. Deze locatie koos hij omdat het afgelegen lag en tegelijkertijd goed te bereiken was. Door Fürstenberg liep Reichsstraße 96, tegenwoordig Bundesstraße 96, die een rechtstreekse verbinding naar Berlijn vormt. De spoorlijn van Berlijn naar Rostock liep bovendien door Fürstenberg. Aan deze spoorlijn lag tevens concentratiekamp Sachsenhausen waardoor het mogelijk was gevangenentransporten per trein voor beide kampen te combineren. Tenslotte was er in de nabijheid nog de rivier de Havel, waardoor met name zware bouwmaterialen eenvoudig konden worden aangevoerd. De Schwedtsee in het westen, grote bosgebieden in het noorden en oosten en de rivier de Havel ten zuiden van Ravensbrück zorgden voor een natuurlijke afscherming, waardoor het kamp buiten het zicht lag.

In januari 1939 werden tussen de 350 en 500 gevangenen van het ongeveer 50 kilometer zuiderlijker gelegen concentratiekamp Sachsenhausen, bij Oraniënburg, geselecteerd voor het Aufbaukommando. Met vrachtwagens werden zij overgebracht naar Ravensbrück om het kamp op te bouwen. Deze mannen in blauw-grijs gestreepte gevangeniskleding bouwden eerst twee barakken voor hun eigen onderkomen. Daarna veertien woonbarakken voor de vrouwelijke gevangenen en twee barakken voor de ziekenafdeling alsmede onderkomens voor de Kommandantur en de SS. Ook bouwden zij bij de kampingang een langgerekt houten gebouw met daarin een doucheruimte en een keukeninstallatie. Rondom het kamp werd een vier meter hoge stenen muur gebouwd met daarop prikkeldraad dat onder stroom stond. De gevangenen uit Sachsenhausen verrichtten hun werkzaamheden onder extra zware omstandigheden door de zeer strenge winter van 1938-1939. Bij de bouw van het kamp werden ook talrijke particuliere bedrijven ingeschakeld. De firma Ahlgrimm uit Fürstenberg was verantwoordelijk voor de vervaardiging van het cellenblok. Deze firma kreeg overigens na de oorlog van de Russische bezetter de opdracht om de barakken af te breken.

In april 1939 was het grootste vrouwenconcentratiekamp van nazi-Duitsland klaar voor de opvang van gevangenen. Op 15 mei 1939 werd het kamp geopend en drie dagen later, op 18 mei 1939, arriveerden de eerste gevangenen in Ravensbrück: 860 Duitse en zeven Oostenrijkse vrouwen. Dit waren voornamelijk anti-nazi’s (waaronder communisten, sociaaldemocraten en verzetsstrijders), Jehova’s getuigen en een klein aantal Joodse vrouwen. Ze werden ingezet bij de verdere uitbreiding van het kamp en bij de bouw van de woningen voor de SS-ers.

Toen het vrouwenkamp in mei 1939 werd geopend was het in velerlei opzichten nog niet klaar. Vanwege de vrijwel constante uitbreiding van het kampcomplex bleef het eigenlijk voortdurend een bouwterrein. Vanaf het begin waren er Duitse bouwbedrijven werkzaam.Steeds meer werknemers van deze bedrijven, zoals timmerlieden en metselaars, moesten in militaire dienst of werden elders in Duitsland ingezet. Om deze tekorten op te vangen werden uit andere concentratiekampen gekwalificeerde mannelijke gevangenen naar Ravensbrück gedeporteerd en ondergebracht in een apart mannenkamp.

In april 1941 werd het mannenkamp geopend. Het telde vijf barakken, een kleine ziekenbarak, een werkplaats voor schoen- en kleermakers en een kolenopslagplaats. Een hoog hek van prikkeldraad scheidde het mannen- van het vrouwenkamp. De mannen hadden een grote verscheidenheid aan nationaliteiten. Onder hen waren ook Nederlanders. In totaal werden zo’n 20.000 mannelijke gevangenen geregistreerd.


Het boek

Kristien Hemmerechts Hubertina recensie en informatie over de inhoud van het nieuwe boek. Op 8 februari 2022 is bij uitgeverij De Geus het nieuwe biografische roman van de Belgische schrijfster Kristien Hemmerechts verschenen.

Kristien Hemmerechts Hubertina recensie en informatie

Als de redactie het boek leest, kun je op deze pagina de recensie en waardering vinden van de biografische roman Hubertina. Het boek is geschreven door Kristien Hemmerechts. Daarnaast zijn hier gegevens van de uitgave en bestelmogelijkheden opgenomen. Bovendien kun je op deze pagina informatie lezen over de inhoud van het nieuwe boek van de Vlaamse schrijfster Kristien Hemmerechts.

Hubertina Aretz is geen fictief personage.

Hubertina Aretz is geen fictief personage. Ze werd ‘echt’ op 22 augustus 1893 in Horbach bij Aken geboren in een streng katholiek mijnwerkersgezin, ze heeft ‘echt’ gediend als pastoorsmeid in Nederlandse parochies, en ze heeft zich tijdens de Tweede Wereldoorlog ook ‘echt’ ingezet voor de ondergedoken Joden van Antwerpen. Daar heeft ze een hoge prijs voor betaald.

Hubertina Aretz was een vrouw met uitgesproken meningen, die ze niet onder stoelen of banken stak. Dat werd haar niet altijd in dank afgenomen. Deze roman reconstrueert haar leven op basis van haar eigen getuigenissen en minutieus onderzoek in archieven. Om hiaten in te vullen is een beroep gedaan op verbeelding en empathie.

Eén ding is zonneklaar: Hubertina Aretz werd gedreven door een heilig geloof in recht en rechtvaardigheid, én ze had de moed van haar overtuiging. Deze mijnwerkersdochter heeft een lange en bewogen weg afgelegd. Onverschrokken en strijdlustig zijn misschien de woorden die haar karakter het best omschrijven. Haar levensverhaal is buitengewoon boeiend en ja, het leest zoals een roman.

You Tube een overlevende van Ravensbruck: Deborah overleefde concentratiekamp Ravensbrück