GESCHIEDENIS 2: 10 weetjes over de Tempeliers

( bron alletoptienlijstjes.nl)

De Tempeliers – 10 Weetjes over de legendarische ridderorde uit de middeleeuwen.

De Tempeliers: velen onder ons hebben er over horen spreken, maar wie waren ze precies? In de bestseller ‘De Da Vinci Code’ van Dan Brown komen de Tempeliers ter sprake, maar weinigen weten exact welke rol deze ridders speelden in de geschiedenis.

De Tempeliers vormden een ridderorde, de oudst bekende ridderorde zelfs, met wortels die teruggaan tot de periode van de kruistochten. De ridderorde ontstond als een broederschap van 9 kruisvaarders.

De Tempeliers waren herkenbaar aan hun witte mantel met een rood kruis op de linkerborst. Oorspronkelijk waren ze een kleine groep ridders die de pelgrims in het veroverde Jeruzalem beschermden. De orde werd in het jaar 1129 officieel erkend door de Katholieke Kerk. Na twee eeuwen waren ze uitgegroeid tot een machtige en rijke ridderorde, iets wat uiteindelijk leidde tot hun ondergang. Hieronder 10 weetjes over deze legendarische ridderorde uit de middeleeuwen.

1. De Tempeliers legden geloften af

De Tempeliers waren ridders die religieuze geloften aflegden. De meeste leden van de orde stamden af van rijke adellijke families, maar bij hun intrede in de orde legden ze geloften af van eeuwige armoede, zuiverheid en gehoorzaamheid. Ze moesten hun persoonlijk bezit afstaan aan de orde. In feite waren de Tempeliers dus strijdende monniken, die zich tot doel hadden gesteld om het christendom vurig te verdedigen. Ze blonken uit in het gevecht en dwongen hierdoor het respect af van de kerkelijke leiders. Het was niet zo gemakkelijk om lid te worden van de orde. Elke kandidaat werd zorgvuldig ‘gescreend’. Als een kandidaat een christen ooit onrecht had aangedaan of de Katholieke Kerk had benadeeld, werd hij zonder pardon geweigerd.

2. De oudste ridderorde erkend door de Katholieke Kerk

concilie van Troyes 1128

Rond het jaar 1118 legden de eerste Tempeliers de geloften af. Slechts 11 jaar later, in 1129, werd de ridderorde officieel erkend door de Katholieke Kerk tijdens het Concilie van Troyes. De Tempeliers droegen oorspronkelijk een wit gewaad over hun gevechtsuitrusting om hen te onderscheiden van andere troepen. Het was paus Eugenius III die toeliet dat de Tempeliers een rood kruis op hun mantels, hun schilden en hun vlaggen droegen. Dat rode kruis stond symbool voor het lijden van Christus en voor martelaarschap. Het rode kruis van de Tempeliers kwam in verschillende vormen voor, afhankelijk van de afdeling waartoe een Tempelier behoorde.

3. De eerste bankiers van Europa

De orde van de Tempeliers had vele bronnen van inkomsten. De leden zelf stonden hun geld en hun bezit af aan de orde. Verder waren er nog talrijke schenkingen van edelen en rijke burgers. De Tempeliers veroverden ook grondgebied, landgoederen en bezittingen van de vijanden die ze verslagen hadden. En die grondgebieden brachten op hun beurt opnieuw geld op voor de orde. Op het hoogtepunt van hun macht bezaten de Tempeliers niet minder dan 800 kastelen.

De Tempeliers hadden zoveel geld dat de orde begon op te treden als bankier en rentmeester. De orde leende geld aan de Franse koning en zelfs aan de paus. De Tempeliers inden ook belastingen en beheerden het vermogen van rijke kooplieden. De orde voerde bovendien een systeem van ‘kredietbrieven’ in. Een pelgrim die op bedevaart vertrok naar het Heilig Land, leverde zijn vermogen in bij de plaatselijke afdeling van de Tempeliers. Hij kreeg hiervoor een kredietbrief in de plaats. Aangekomen in het Heilig Land, kon de pelgrim zich opnieuw melden bij de Tempeliers en zijn kredietbrief inruilen voor geld. De orde rekende hiervoor een commissie aan, wat alweer een bron van inkomsten was.

▼ Advertentie door Refinery89

4. De Tempeliers waren gevreesd op het slagveld

De leden van de orde waren vastberaden christenen die hun leven over hadden voor hun geloof. Ze twijfelden er niet aan dat ze onmiddellijk naar de hemel gingen als ze sneuvelden in hun strijd tegen de islamitische overheersers. Volgens hun gevechtscode mochten ze het slagveld alleen verlaten als hun vlag veroverd was en de vijand minstens drie keer meer manschappen had dan hun eigen leger. De ridderorde was rijk en daarom waren de Tempeliers uitgerust met de beste wapens die in die tijd beschikbaar waren. Hun leger vormde een elitemacht. Ze streden fanatiek en moedig.

5. Wat ontdekte de orde op de Tempelberg?

de tempelberg

De Tempeliers vestigden hun eerste hoofdkwartier in het religieuze centrum van Jeruzalem, namelijk de Tempelberg. Op de Tempelberg zou volgens de overlevering ooit de grote Tempel van Salomo gestaan hebben. De naam van de Tempeliersorde is overigens afkomstig van de oorspronkelijke benaming ‘De arme ridders van de Tempel van koning Salomo’. De ridders voerden opgravingen uit in de Tempelberg op zoek naar allerlei voorwerpen zoals de Ark van het Verbond, de Heilige Graal, de Heilige Lans en andere belangrijke objecten en symbolen van het christendom. Of ze iets gevonden hebben en wat dat precies was, is niet bekend. Het gerucht dat de Tempeliers de Heilige Graal hadden gevonden in de Tempelberg, was alvast een belangrijke inspiratiebron voor Dan Brown toen hij het verhaal van de Da Vinci Code schreef.

6. Vervolging van de Tempeliers

Hoe rijk, machtig en invloedrijk de orde van de Tempeliers ook was, op het einde van de 13de eeuw en het begin van de 14de eeuw was hun glorietijd ten einde. Toen moslims op het einde van de 13de eeuw de stad Jeruzalem opnieuw veroverden, moesten de Tempeliers hun hoofdkwartier op de Tempelberg opgeven en zich terugtrekken in Parijs.

De Tempeliers hadden grote sommen geld geleend aan de Franse koning Filips IV. De koning verbraste dit geld echter aan de oorlog tegen de Engelsen. De Tempeliers weigerden daarom om opnieuw geld te lenen aan Filips, wat de koning woedend maakte. Het zinde de Franse koning ook niet dat de Tempeliers in zijn land een eigen ministaatje wilden oprichten. In 1307 was voor Filips de maat vol. Hij beschuldigde de Tempeliers van ketterij. De nieuw gekozen paus, Clemens V, was een vriend van de Franse koning. Eerst werkte Clemens V niet mee aan de vervolging van de Tempeliers, maar uiteindelijk werd hij gedwongen om de zijde van de Franse koning te kiezen.

tempeliers op de brandstapel

De leden van de ridderorde werden vervolgd en gearresteerd. Door folteringen dwong men valse bekentenissen af van de Tempeliers. In 1312 werd de ridderorde officieel opgeheven. De grootmeester van de orde, Jacques De Molay, stierf op 18 maart 1314 op de brandstapel in Parijs. In werkelijkheid hadden de Tempeliers zich nooit schuldig gemaakt aan ketterij, afgoderij of aan andere beschuldigingen die hen ten laste werden gelegd. Het zou echter nog tot 2007 duren tot de Katholieke Kerk de orde van de Tempeliers van alle blaam zuiverde.

7. Vrijdag de dertiende: een ongeluksdag

ot op de dag van vandaag geloven velen dat een vrijdag die op de 13de van de maand valt, een ongeluksdag is. Dat ‘bijgeloof’ zou ontstaan zijn toen de Tempeliersorde op vrijdag 13 oktober 1307 beschuldigd werd van ketterij. Die dag luidde immers de ondergang in van de roemrijke ridderorde. In zijn populaire boek ‘De Da Vinci Code’ geeft auteur Dan Brown paus Clemens V de schuld van de vervolging en de ondergang van de Tempeliers. Dit strookt echter niet met de historische feiten. Het was de Franse koning Filips IV die de aanzet gaf tot de vervolging van de ridderorde. Paus Clemens V verdedigde aanvankelijk de Tempeliers, maar onder druk van de Franse koning ontbond hij de ridderorde, echter zonder de leden te veroordelen voor ketterij.

8. Bleven de Tempeliers in het geheim voortbestaan?

Het gerucht dat de Tempeliers na de opheffing van de orde in het geheim bleven voortbestaan, doet al honderden jaren de ronde. Vele ex-Tempeliers zouden naar Schotland zijn gevlucht, waar zij in contact kwamen met Henry Sinclair, de graaf van Orkney. Sinclair zou zelf lid zijn geworden van de inmiddels geheime en ondergedoken ridderorde van de Tempeliers. Over Henry Sinclair wordt ook verteld dat hij een trans-Atlantische ontdekkingsreis organiseerde naar Noord-Amerika, honderd jaar voordat Christoffel Columbus voet aan wal zette op het Amerikaanse continent. De expeditie van Sinclair zou onder meer Nova Scotia ontdekt hebben. Deze bewering voedt dan weer de geruchten dat er op het eilandje Oak Island een fabelachtige schat van de Tempeliers begraven ligt.

9. De schat op Oak Island

Wat er precies is gebeurd met het geld en de bezittingen van de Tempeliers is al eeuwenlang een onderwerp van discussie. Er doen verhalen de ronde over een grote schat aan goud en kostbaarheden, die begraven zou liggen op het Canadese Oak Island, een eilandje voor de kust van Nova Scotia. Al sinds het jaar 1795 graven gelukzoekers naar een schat die daar diep in de bodem verborgen zou liggen. Het is niet helemaal duidelijk van wie de schat afkomstig is. Het zou de buit van piraten kunnen zijn, verloren gegane manuscripten van Francis Bacon of misschien kostbaarheden en geld van de Tempeliers? De locatie op Oak Island kreeg de bijnaam ‘Money Pit’. De opgravingen veroorzaakten in de loop der jaren al zes doden, wegens het instorten van de wanden van de kuilen die zich telkens opnieuw vulden met water. Tot nu toe zijn er geen kostbaarheden gevonden in de bodem van Oak Island, maar schattenjagers blijven zoeken.

10. De rol van voormalige Tempeliers in de slag bij Bannockburn: de Schotten tegen de Engelsen.

De slag bij Bannockburn in 1314 ging de geschiedenis in als een van de belangrijkste overwinningen van Schotse vrijheidsstrijders op het Engelse leger. De Schotse strijders werden aangevoerd door de legendarische Robert de Bruce. Het Engelse leger had meer manschappen en wapens, maar de Schotten behaalden na een strijd van twee dagen de overwinning. Volgens sommigen was deze overwinning te danken aan voormalige Tempeliers die na het opheffen van de ridderorde naar Schotland waren gevlucht. De ex-Tempeliers voegden zich bij de strijders van Robert the Bruce en gebruikten hun ervaring en krijgstechnieken om de Engelsen een flinke nederlaag te bezorgen. Er bestaat echter geen enkel historisch bewijs dat voormalige Tempeliers meevochten met de troepen van Robert de Bruce.

de slag bij Bannockburn.